Wat zijn de plannen van de 4 grootste partijen

Hoewel nog niet alle stemmen van de Tweede Kamerverkiezingen geteld zijn, is de VVD met 33 zetels als winnaar uit de bus gekomen. De liberalen worden gevolgd door de PVV (20 zetels) en een gedeelde derde plek voor het CDA en D66 (19 zetels). Wat kunnen we fiscaal van deze partijen verwachten?

 

Inkomstenbelasting

VVD

Ook als je besluit om méér te gaan werken, of als je bijvoorbeeld een promotie krijgt, moet je dat in je portemonnee terugzien, zo vindt de VVD. Daarom willen ze de belasting verlagen voor iedereen die werkt, of je nu veel of weinig verdient. Ook ouderen komen wij tegemoet met een gerichte belastingverlaging. Door gelijktijdig ook de lasten op arbeid te verlagen, wordt het aannemen van personeel voor ondernemers goedkoper. Hierdoor ontstaat er meer ruimte om mensen in dienst te nemen. Deze gecombineerde belastingverlaging zal de werkgelegenheid stimuleren.

CDA

Het CDA pleit al enige tijd voor een sociale vlaktaks. Eén tarief voor iedereen en voor hogere inkomens een solidariteitsheffing. Per saldo betekent dit voor iedereen een lager tarief dan wat ze nu betalen.

D66

Wie moet betalen, moet ook kunnen meebepalen. Daarom wil D66 dat gemeenten financieel minder afhankelijk worden van het rijk, via een verschuiving vanuit de inkomstenbelasting naar gemeentelijke belastingen.

PVV

Lagere inkomstenbelasting (kosten € 1 miljard).

Motorrijtuigenbelasting

VVD

De VVD wil dat de motorrijtuigenbelasting (Mrb) en de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (BPM) worden verlaagd.

D66

Wie elektrisch rijdt of zelf stroom opwekt, betaalt minder belasting. Dat vindt D66. D66 wil af van de ‘ingewikkelde’ combinatie van autobelastingen als accijnzen, aanschafbelasting en wegenbelasting. Verder wil de partij naar betalen voor gebruik van de auto in plaats van betalen voor bezit.

PVV

Halvering motorrijtuigenbelasting (kosten € 2 miljard).

Mkb

VVD

Ook ondernemers mét personeel verdienen meer ruimte, zo vindt de VVD. Want hoewel er genoeg werk is, zijn veel ondernemers nu nog terughoudend om mensen in dienst te nemen, zo schrijft de partij. Dit komt onder andere door de hoge kosten en vele verplichtingen waarmee ondernemers te maken krijgen als ze iemand aannemen. Bijvoorbeeld wanneer diegene langdurig ziek wordt. Daarom wil de partij dat de administratieve ‘rompslomp’ bij ziekte, zoals verplichte rapportages, het bijhouden van onnodige documenten en loonsancties met aanvullende doorbetalingstermijnen, wordt verminderd.

Verder wil de VVD meer innovatiekredieten voor het mkb beschikbaar stellen, zodat er direct meer geld beschikbaar komt voor de financiering van innovatieve projecten.

De belastingdruk op de kosten en de winsten van onderzoek en ontwikkeling wil de partij laag houden. Regelingen die dit mogelijk maken, zoals de innovatiebox, moeten goed toegankelijk zijn voor kleine en middelgrote ondernemingen. Daarnaast willen ze de Borgstelling MKB (BMKB) ongemoeid laten.

CDA

Het CDA wil meer ruimte bieden aan ondernemers om hun zaak op te zetten en uit te bouwen, door minder regels te stellen en het voor deze bedrijven eenvoudiger te maken om personeel in dienst te nemen. Daarnaast willen ze lagere en eenvoudigere lasten voor ondernemers, vooral in het mkb.

D66

D66 wil dat nieuwe spelers en het mkb de kans krijgen om mee te doen naast de grote partijen die tot nu toe de topsectoren domineren. Daarom wil D66 ook de financieringsmogelijkheden binnen het fundamenteel vernieuwde topsectorenbeleid aanpassen, zodat er meer ruimte komt voor onderzoek, ondernemerschap en het mkb, door bijvoorbeeld de huidige TKI-toeslag te verruimen.

Als het aan D66 komt er ook een ‘ombudsman’ voor ondernemers met een stevig mandaat. Daarnaast kunnen overbodige lasten (zoals die van bedrijfsschappen) worden afgeschaft en moeten aanbestedingen vereenvoudigd open staan voor het mkb en zzp’ers. D66 wil ruimte bieden voor ondernemers, door regelgeving aan te passen aan vernieuwende en gemengde winkelconcepten, onder meer door het actualiseren van de Drank- en Horecawet.

Belastingontduiking en -fraude

VVD

Belastingontduiking en -fraude moeten internationaal worden aangepakt volgens de VVD. Het kan alleen effectief worden bestreden als alle geïndustrialiseerde landen meedoen met de gekozen aanpak. Het is dus volgens de VVD belangrijk dat Nederland actief blijft samenwerken met andere landen, bijvoorbeeld door informatie en belastinggegevens uit te wisselen. Maatregelen die de transparantie van bv’s en andere vennootschappen bevorderen, willen ze voortzetten. Daarbij wil de VVD ook ontwikkelingslanden helpen in de strijd tegen belastingontduiking. Belastingopbrengsten als gevolg van de aanpak van belastingontduiking en -ontwijking, moeten ingezet worden voor de verlaging van de vennootschapsbelasting. Zo kan het Nederlandse fiscale vestigingsklimaat verder verbeteren.

CDA

Het CDA wil belastingontduiking en –fraude tegen gaan door een strengere aanpak van bedrijven die de Europese regels voor het vrije verkeer stelselmatig ontduiken, meer controles en een zwaardere sanctie tegen overtreders. Aanpassing detacheringsrichtlijn (max. 6 maanden). Meer capaciteit voor het opsporen en vervolgen voor fraudeurs van uitkeringen. ‘In Nederland kunnen we strenger zijn bij het misbruik van het eigen netwerk van belastingverdragen. We pakken lege brievenbusfirma’s aan en verscherpen de controles door de Belastingdienst en het toezicht door de Nederlandsche Bank. Waar nodig scherpen we de regels aan om misbruik tegen te gaan’, schrijft de partij in het verkiezingsprogramma.

D66

Samen met Europese partners en door op te trekken met de OESO beperkt D66 concurrentie tussen landen op belastingtarieven en belastingontwijking. Oneerlijke belastingpraktijken bestrijden ze en ze stimuleren eerlijke handel, onder andere door handelsverdragen te sluiten waarmee we onze hoge eisen tot wereldwijde standaarden maken. ‘Wij hechten aan de aantrekkelijkheid van Nederland als vestigingsland, mits deze aantrekkelijkheid niet fiscaal gedreven is, maar gebaseerd op onze vele belastingverdragen en een Belastingdienst die goed samenwerkt.’ D66 verlangt een actieve bijdrage van Nederland aan een rechtvaardig internationaal belastingsysteem. ‘We moeten vooroplopen in de strijd tegen belastingontwijking door een minimumtarief voor de vennootschapsbelasting in te voeren op Europees niveau, meer en efficiënter informatie tussen belastingdiensten uit te wisselen en strengere vestigingscriteria te hanteren voor bedrijven die lege brievenbusmaatschappijen willen oprichten met als doel belasting te omzeilen. Ook willen we een zwarte lijst voor belastingparadijzen, waaraan we sancties verbinden.’ D66 is voorstander van publieke transparantie van bedrijven over omzet, winst en belastingafdracht per land.

Spaargeld

VVD

De VVD wil dat ook de belasting op spaargeld en erfenissen omlaag gaat. ‘Voor jouw spaargeld heb je hard gewerkt en over het geld dat je op je spaarrekening kan zetten, heb je ook al belasting betaald.’ Tegelijkertijd is de huidige rente erg laag, terwijl de overheid nog steeds uitgaat van fictieve rendementen die al lang niet meer worden behaald. Daarom moet de vermogensrendementsheffing worden verlaagd, zo vindt de partij. In een nieuw belastingstelsel moet deze belasting bovendien gericht zijn op de rente die je daadwerkelijk hebt ontvangen (reëel rendement), in plaats van de fictieve rente die de overheid denkt dat je hebt ontvangen (forfaitair rendement). Hiermee wordt ook recht gedaan aan de uitspraak van de Hoge Raad over de huidige vermogensrendementsheffing.

CDA

Het CDA wil het reële rendement belasten. Daarop vooruitlopend verlagen we de belasting op spaargeld. Ze willen dat mensen met vermogen niet langer betalen over hun fictieve rendement in box 3, maar over het werkelijk behaalde rendement over hun spaargelden en beleggingen. Kleine spaarders gaan dan minder betalen, zeer vermogenden meer. Voor vermogens boven de € 1 miljoen gaat het tarief in box 3 van 30% naar 40%.

D66

D66 wil naar een vermogensrendementsheffing die aansluit bij de werkelijke rendementen, waarbij kleine spaarders meer worden ontzien en van vermogenden juist iets extra wordt gevraagd.

Pensioen

VVD

De partij wil de ouderen tegemoet komen met gerichte maatregelen om hun koopkracht te verbeteren. Bij de AOW moet er meer keuzevrijheid zijn. Je moet zelf kunnen beslissen als je langer wilt door blijven werken en daardoor je AOW-uitkering later wil laten ingaan, al dan niet in deeltijd. Als je daarvoor kiest, wil de partij dat je daarvoor een hogere maandelijkse AOW-uitkering voor terug krijgt wanneer je met pensioen gaat. De VVD wil ook meer keuzevrijheid bij het aanvullend pensioen. ‘Want als je later je AOW-uitkering wilt opnemen, of als je in deeltijd met AOW wilt gaan, moet dat ook bij je aanvullend pensioen mogelijk zijn.’ Daarnaast willen ze dat je de mogelijkheid hebt om een deel van je pensioen bij het begin van je pensionering in één keer op te nemen. Verder wil de partij de pensioenpremie als een vast percentage koppelen aan je salaris. Daarmee is duidelijk voor de werknemer en de werkgever hoeveel de premie-inleg is. Tot slot willen ze niet dat Europa zich met de pensioenen bemoeit

CDA

Ook als het aan het CDA ligt, worden de pensioenen onder geen beding Europees. De partij wil een verplichting voor alle werknemers van een bedrijf of een bedrijfstak om mee te doen aan een pensioenregeling. Daarom kiezen ze er voor dat zzp’ers alleen de volledige zelfstandigenaftrek krijgen als zij een minimumbedrag opzij leggen voor hun eigen pensioenvoorziening. Daarnaast vindt het CDA dat een pensioen alleen een echt pensioen is als je ook een dekking hebt voor arbeidsongeschiktheid en overlijden. Meer een persoonlijk pensioen. Op die manier is het veel beter inzichtelijk wat iedere deelnemer aan het eind van de rit overhoudt, vindt het CDA. Dit is overdraagbaar naar een ander fonds. Meer maatwerk zodat jongeren met een langere spaarperiode meer risico’s toestaan dan bij ouderen.

D66

D66 wil de pensioenen hervormen en naar een individueel pensioen gaan, met behoud van solidariteit, maar zonder overdracht van geld van jong naar oud. D66 kiest voor persoonlijke pensioenpotten, waardoor de doorsneesystematiek automatisch verdwijnt. Zo ontstaat er een situatie waarin iedere pensioendeelnemer een bepaald percentage van zijn inkomen inlegt. Voor jonge deelnemers kan dit langer renderen dan voor oudere, zodat een deelnemer op jonge leeftijd meer pensioen opbouwt per ingelegde euro. Daarnaast houdt de partij vast aan verplicht en fiscaal aantrekkelijk sparen.

PVV

De PVV wil de AOW-leeftijd op 65-jaar, waarbij de aanvullende pensioenen wel worden geïndexeerd  (kosten € 3.5 miljard).

Woningmarkt

VVD

De koppeling tussen het eigenwoningforfait en de huurverhogingen moet worden geschrapt. Er wordt niet gesleuteld aan de huidige maatregelen tot afbouw van hypotheekrenteaftrek. De partij wil de verhuurderheffing verhogen om de verkoop van de duurdere huurwoningen (woningen met een huurprijs vanaf € 600) door corporaties te stimuleren. Daarbij wil de VVD een vrijstelling voor kleine particuliere verhuurders, zodat zij geen verhuurdersheffing hoeven te betalen. De opbrengst van de verhuurdersheffing geven ze terug door de inkomstenbelasting te verlagen.

CDA

Revolverend startersfonds moet weer hersteld worden zodat er startersleningen verstrekt kunnen worden. Daarnaast moet bouwsparen fiscaal gestimuleerd worden. Ook het CDA wil niet dat er gesleuteld wordt aan de huidige maatregelen tot afbouw van hypotheekrenteaftrek. De partij merkt daar wel bij op dat als je de belastingtarieven verlaagt, ook de hypotheekrenteaftrek tegen een lager tarief plaatsvindt. Daarnaast wil de partij de verhuurderheffing verlagen zodat woningcorporaties kunnen investeren in de woningvoorraad.

D66

D66 wil ten eerste de huur- en koopmarkt meer met elkaar in lijn brengen. Hiervoor moet de fiscale behandeling van koopwoningen worden aangepast. De hypotheekrenteaftrek wordt – geleidelijk en stapsgewijs – verder teruggebracht. Tegelijkertijd verlaagt D66 het eigenwoningforfait en wordt de overdrachtsbelasting afgeschaft. Daarnaast blijft D66 mensen stimuleren de hypotheek af te lossen. Door deze maatregelen tezamen worden de schulden in de woningmarkt volgens de partij teruggedrongen, en ontstaat er een gelijker speelveld tussen koop en huur. De opbrengsten van deze maatregelen worden gebruikt om de belastingen op werk te verlagen. D66 wil verder corporaties een korting geven op de verhuurderheffing, zodat zij in de woningvoorraad kunnen investeren.

PVV

De PVV wil de huren omlaag en heeft daarbij berekend dat dat € 1 miljard kost, geld dat hij kan besteden als er bijvoorbeeld geen geld meer gaat naar hulporganisaties in het buitenland.

bron: https://www.nextens.nl/nieuws/fiscale-uitslag-drie-winnaars-tweede-kamerverkiezingen/?